Brandvertragende roldeur

Systeemomschrijving

Een roldeur bestaat uit een vertikaal bewegend systeem. De afzonderlijke lamellen, afmeting 100 x 22mm, worden opgerold op een boven de dagmaat geplaatst systeem. Het gehele bewegende deel, het pantser, rolt tussen twee verticale geleidingsprofielen welke aan weerszijde van de dagmaat zijn geplaatst. De wikkelbuis is opgehangen tussen twee consoleplaten die, links en rechts boven de dagmaat, op de wand zijn gemonteerd.

Toepassingsgebied

Het roldeursysteem heeft weinig componenten en is dus zeer geschikt om toegepast te worden in stoffige en schadegevoelige ruimten. De roldeur kan prima worden opgehangen in hallen waarbij slechts een beperkte ruimte beschikbaar is boven de dagmaat. De geleidingsprofielen beslaan eveneens een geringe inbouwruimte.

Bedieningssysteem

De roldeur HID DBW-120 is altijd elektrisch aangedreven vanwege het relatief hoge gewicht van het systeem.

Standaard uitvoering

De HID DBW-120 is getest volgens de Nederlandse norm NEN 6069 bij het centrum voor bouwtechnologie (PRC). Ten aanzien van de eisen welke in deze norm worden gesteld, voldoet de HID DBW-120 aan een WBDBO tot en met 120 minuten. Tevens is op basis van de BRL 3241 een KOMO-attest beschikbaar. Een rapport van beide wordt u op aanvraag toegezonden.

De roldeur wordt standaard aangeboden volgens de beproefde uitvoering. Dat wil zeggen zonder afdekconstructies van wikkelbuis en aandrijving en uitgerust met een passende elektrische aandrijving. Het systeem wordt bediend met een drukknopschakelaar; op-stop-neer.

Opties

De toepassingsmogelijkheden zijn legio omdat de deurconstructie kan worden aangepast aan vrijwel iedere omgeving. Bovendien kunnen de deuren uitgerust met verschillende meldsystemen en zijn voldoende al dan niet zelfsluitend bij spanningsuitval. Voor een uitgebreid overzicht van alle mogelijke opties verwijzen wij u naar onze technische infobladen van de HID DBW-120.

Service en onderhoud

Alle brandvertragende deuren dienen door deskundige medewerkers eenmaal per jaar gecontroleerd te worden op juiste werking. Met name de aan slijtage onderhevige onderdelen, zoals aandrijvingscomponenten en brandwerende afdichtingen, dienen dan aan een inspectie te worden onderworpen.